Ik kan mezelf geen goede klant noemen. Ik kom er maar enkele keren per jaar, zelfs minder dan bij de kapper. Toch is het één van mijn favoriete winkels in de Paalstraat: de schoenmaker.
De laatste keer dat ik er kwam was enkele weken terug. De hakken van het favoriete paar schoenen van mijn vrouw waren afgebroken. Een favoriet kledingstuk smijt je niet zomaar weg, maar reanimeer je zo lang mogelijk. Een bezoek aan de schoenmaker was nodig.
Bij de schoenmaker binnenkomen is telkens weer een totaalbelevenis. Vooral de geur roept bij mij leuke herinneringen op.
Ik herinner me dat ik als kleuter op de groengele krukjes probeerde te kruipen. In mijn geheugen was dat telkens een alpine klimervaring, de realiteit is dat ze voor een volwassene vrij laag zijn. Dan kon ik over de toog kijken, naar de fascinerende machines die daar staan. IJzeren voeten met of zonder schoenen die omhoog staken en ronde borstels die soms wel, soms niet draaiden.
Het is ook bij dezelfde schoenmaker dat er van mijn eerste eigen huis-sleutel een kopie gemaakt werd. Dat was nodig, want zonder die twee eigen sleutels zouden mijn vriendin en ik moeilijk kunnen samenwonen. En van dat samenwonen kwam een huwelijk. Daardoor mocht ik met haar favoriete schoenen naar die reanimatie-reparatie, een excuus om er nog eens langs te gaan.
Ik realiseerde me toen dat de man of vrouw (de schoenmaker zelf) wel al eens van gezicht veranderd was. Maar toch, de schoenmaker blijft de schoenmaker. Ik ken er zo geen tweede.
Ik kan het heel moeilijk beschrijven, maar ik ben telkens weer gelukkig als ik er binnen en buiten ga. Maar als alle klanten zijn zoals ik, en dus maar af en toe daar passeren, dan moet het totale cliënteel groot genoeg blijven om een rendabele zaak te hebben. Genoeg mensen moeten de weg naar de Paalstraat vinden om de winkel even in te lopen. Daarom is er nood aan een visie op ons lokaal handelsbeleid.
Ik hoop dat ik nog lang herinneringen mag ophalen, bij de geur van gerepareerde schoenen.